Spring naar inhoud

Urineweginfecties

Cystitis, blaasontsteking

Verwekker/klinisch beeld

Urineweginfecties, cystitis, blaasontsteking

Algemene informatie

Urineweginfecties zijn divers van karakter en verwekker:

  • cystitis (blaasontsteking), pyelonefritis (nierbekkenontsteking), gecompliceerde urineweginfectie, urosepsis. Deze infecties worden meestal door Gram-negatieve bacteriën veroorzaakt, met name Escherichia coli.  Denk bij Proteus infecties altijd aan de mogelijkheid van steenlijden.
    Gram-positieve verwekkers zoals bv Enterokokken en stafylokokken worden veel minder gezien en zijn vaker geassocieerd met eerdere behandelingen met breedspectrum antibiotica.  Virale verwekkers zijn een uitzondering zoals het Adenovirus dat een hemorragische cystitis kan veroorzaken. Uwi’s door gisten, Candida, zijn eveneens een uitzondering.
  • prostatitis. Acute en chronische bacteriële prostatitis worden meestal door Escherichia coli veroorzaakt. De meerderheid van de gevallen van chronische prostatitis zijn echter niet bacterieel van oorzaak.
  • urethritis. De oorzaak is meestal een SOA door Chlamydia of gonokokken. Indien er geen verwekker aangetoond kan worden spreken we van een NSU= non specifieke urethritis. Oorzaken van een NSU zijn o.a. het syndroom van Reiter, virale verwekkers als HSV en CMV en niet kweekbare micro-organismen als Ureaplasma en Mycoplasma.

Bij verdenking op een uwi kan de urine gescreend worden middels een nitriettest en leukotest. Een negatieve nitriettest sluit een infectie echter niet uit, niet alle bacteriën (bv Enterokokken) zetten nitraat in nitriet om. Een leukotest is niet heel specifiek maar een negatieve testuitslag maakt een uwi minder waarschijnlijk.

Diagnostiek

  • Urine:een kweek van midstroom urine heeft de voorkeur. Eerste stroom urine is niet geschikt voor kweek en wordt alleen gebruikt voor SOA diagnostiek middels PCR. Indien de patiënt een CAD of SPC heeft is het belangrijk dat de urine niet uit de verzamelzak afgenomen wordt aangezien dit niet representatief is voor de urine in de blaas. Vermeldt op de aanvraag duidelijk dat er sprake is van een catheter. Indien de patiënt een nefrostomie catheter heeft is het belangrijk urine zowel uit de blaas (indien mogelijk) als uit de nefrostomie in te sturen.
  • Bloedkweek: bij koorts en verdenking op een gecompliceerde urineweginfectie dan wel urosepsis moeten tevens 2 sets bloedkweken (via 2! venapuncties) afgenomen worden alvorens te starten met antibiotica.
Urinekweek
afnamemateriaal urine (midstroom, of via CAD/SPC/nefrostomie)
bewaarconditie na afname koelkast (2-8 ºC)
inzetfrequentie dagelijks
duur onderzoek 2 dagen
PCR C trachomatis e/o N gonorrhoeae
afnamemateriaal urine (1ste stroom), uitstrijk urethra
bewaarconditie na afname koelkast (2-8 ºC)
inzetfrequentie ma/di/wo/do/vr/za
duur onderzoek 1 dag
Bloedkweek
afnamemateriaal vol bloed in bloedkweekfles (set van 2 flesjes)
bewaarconditie na afname kamertemperatuur
inzetfrequentie dagelijks
duur onderzoek 5 dagen, een positieve kweek is doorgaans binnen 48 uur bekend